Wannes Van de Velde - Boêntshe
Orig. "Boontje"
E lieken over de schrijver Louis Paul Boon.
Boêntshe
Boontje
Tusse de muren en de schouwe van verdwenen industrie
Tussen de muren en de schouwen van verdwenen industrie
loêp ek te zuke nor ne schaduw zonder valse poëzie
loop ik te zoeken naar een schaduw zonder valse poëzie
en 'k löster nor de wind
en ik luister naar de wind
diên ier iêntoênig zingd
die hier eentonig zingt
mor zwijgd gelak et graf van Jan de Lichte
maar zwijgt zoals het graf van Jan de Lichte
en dan oêr ek in 't riet
en dan hoor ik in het riet
ne galm van verdriet
een galm van verdriet
ne naam meh' duzend kleuren en gezichte
een naam met duizend kleuren en gezichten
't Was oep ne nacht da'k vör öm zoeng van mij Sofieke
Het was op een nacht dat ik voor hem zong van mijn Sofietje
in e vergeten Erembodegems café
in een vergeten Erembodegems café
meh' groête grijns en mave bloemmen oep de mure
met grote grijns en mauve bloemen op de muren
en et refrein zoeng 'em meh blinkend oêge mee
en het refrein zong hij met blinkende ogen mee
on z'ne put zoeng ek den Internationale
aan zijn put zong ik de Internationale
alliên vör öm, ni' vör de vlag van een partij
alleen voor hem, niet voor de vlag van een partij
ik zoeng vör Boêntshe diê 'k z'n oêgen ad zing strale
ik zong voor Boontje wiens ogen ik had zien stralen
in Eremboëgem meh Sofieken on z'n zij
in Erembodegem met Sofietje aan zijn zij
Nae groeid er gras tusse de stiêne van de laenkvergete straat
Nu groeit er gras tussen de stenen van de langvergeten straat
wor a' de mense wouwe bouwen on nen ideale staat
waar de mense wilden bouwen aan een ideale staat
nen droêm van armonie
een droom van harmonie
meh plöts vör poëzie
met plaats voor poëzie
en enkel vredelievende mashiene
en enkel vredelievende machines
mor al un droêmerij
maar al hun dromerij
is over en vörbij
is over en voorbij
gesmolte lak twiê aende vol pralinne
gesmolten zoals twee handen vol pralines
Gelak diê nacht da'k vör öm zoeng van mij Sofieke
Zoals die nacht dat ik voor hem zong van mijn Sofietje
in e verdwenen Erembodegems café
in een verdwenen Erembodegems café
meh' groête grijns en mave bloemmen oep de mure
met grote grijns en mauve bloemen op de muren
en et refrein zoeng 'em meh blinkend oêge mee
en het refrein zong hij met blinkende ogen mee
on z'ne put zoeng ek den Internationale
aan zijn put zong ik de Internationale
alliên vör öm, ni' vör de vlag van een partij
alleen voor hem, niet voor de vlag van een partij
ik zoeng vör Boêntshe diê 'k z'n oêgen ad zing strale
ik zong voor Boontje wiens ogen ik had zien stralen
in Eremboëgem meh Sofieken on z'n zij
in Erembodegem met Sofietje aan zijn zij
Vör de fasciste was 't ne roeie
Vor de fascisten was het een rode
vör de blau e vies geval
voor de blauwen een vies geval
vör ne kaloot nen anti-christ
voor een kalot een anti-christ
en vör de roei nen anarchist
en voor de roden een anarchist
mor alle zure nijd
maar alle zure nijd
en achterklap ten spijt
en achterklap ten spijt
ee niemand ze veraal kunne castrere
heeft niemand z'n verhaal kunnen castreren
z'n woorde fel van kleur
zijn woorden fel van kleur
waarmeh dat 'em aldeur
waarmee hij aldoor
de Vlomse bourgeoisie blefd koeienere
de Vlaamse bourgeoisie blijft pesten
On z'ne put zoeng ek den Internationale
Aann zijn put zong ik de Internationale
alliên vör öm, ni' vör de vlag van een partij
alleen voor hem, niet voor de vlag van een partij
ik zoeng vör Boêntshe diê 'k z'n oêgen ad zing strale
ik zong voor Boontje wiens ogen ik had zien stralen
in Eremboëgem meh Sofieken on z'n zij
in Erembodegem met Sofietje aan zijn zij